Home » Columns » De moord op Muammar Gadaffi

De moord op Muammar Gadaffi

They Came, Caught & Killed

Muammar Gaddafi, Beleid, Libië, Geschiedenis, TragedieIn februari 2011 startte in Libië volgens Otpor recept een spontane burgeropstand met de bedoeling het bewind van Muammar Muhammad al-Gaddafi ten val te brengen. In oktober 2011 was – na veel bloedvergieten en directe militaire inmenging van buitenlandse grondtroepen(!!) de rol van Muammar Muhammad al-Gaddafi uitgespeeld. Op donderdag 20 oktober 2011 was het tijdperk al-Gaddafi voorbij, gelyncht door opstandelingen. Hieraan voorafgaand zou Muammar Muhammad al-Gaddafi – “niet schieten, niet schieten” – letterlijk als een rat uit een rioolbuis worden gesleurd op een paar kilometer afstand van zijn geboorteplaats Sirte.

Naar aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid hebben behalve NAVO-troepen óók Amerikaanse eenheden een bepalende rol gespeeld om te voorkomen dat al-Gaddafi kon ontvluchten. Deze eenheden kregen hem eerder in het vizier. De Russische premier Vladimir Putin verklaarde op donderdag 15 december 2011 dat Amerikaanse elitetroepen betrokken waren bij de moord op de Libische leider. “Radiografisch bestuurde vliegtuigen, inclusief Amerikaanse, vielen het konvooi van al-Gaddafi aan. Daarna gebruikten elitetroepen de radio om de zogenaamde leden van de oppositie en guerrillastrijders te laten komen.”

Gericht vuur dwong de uit Sirte vertrekkende autocolonne met al-Gaddafi tot stilstand die daarop met wat getrouwen in een rioolbuis dekking zocht. Radiocontact tussen de buitenlandse troepen en de opstandelingen zorgde er daarna voor dat de laatsten van zijn verblijfplaats in het riool op de hoogte gebracht werden (daarmee tegelijk de voor de hand liggende associatie oproepend met die van de rioolrat). De correcte geschiedschrijving vermijd het liefst te melden dat de levend gevangengenomen al-Gaddafi door de opstandelingen als een beest werd afgetuigd.

Niet lang nadat hij voor het oog van de camera was gemolesteerd werd al-Gaddafi letterlijk op een stok (a.k. Bajonet) gespietst, daarna nog eens door o.a. Adam Abu Zaïd in elkaar geslagen om uiteindelijk door de dan 18-jarige Ahmed al Shebani met een schot in het hoofd afgeslacht te worden. Hillary Diane Rodham Clinton, de Amerikaanse minster van Buitenlandse Zaken op dat moment, reageerde met een haast hysterisch lachje op de dood van al-Gaddafi voor de camera “We came, we saw, he died!”

Al eerder waren meerdere aanslagen voorbereid, in samenwerking met Westerse geheime diensten waaronder de Britse, die in coöperatie geleid hebben tot een mislukte aanslag in februari 1996. Anders dan gepland slaagden de aanslagplegers er niet in de handgranaat dicht genoeg bij de open auto te werpen waar al-Gadaffi uitstapte om zich onder het publiek te begeven. Een groep lijfwachten bracht hem nipt in veiligheid en werd Abdullah Radwan, de aanslagpleger, gearresteerd. Radwan, was een partner van Abu Abdullah Sadiq, de leider van de Islamitische Strijdgroep IFG die in nauw contact stond met de Britse geheime diensten. David Shayler en Annie Machon, voormalig medewerker bij de MI6/MI5 hebben dit wereldkundig gemaakt. al-Gadaffi moest het veld ruimen nadat hij in 1976 de Libische olie industrie genationaliseerd had en BP (British Petroleum) het nakijken gaf.

Dat Muammar Muhammad al-Gaddafi een onmenselijke dictator voor het Libische volk was (de reden voor het met veel wapengeweld omverwerpen van zijn bewind) was even (on)waar als dat hij een onbaatzuchtige heilige en verlichte despoot zou zijn. Wél kan gezegd worden dat in de 42 jaren van zijn bewind de stammen in Libië een – zeker voor Arabische begrippen – enorme vooruitgang gemaakt hebben, met name op het gebied van gezondheidszorg, onderwijs (nagenoeg géén ongeletterdheid en analfabetisme), welvaart en welzijn. Vooruitgang die na de bloedige machtswisseling nagenoeg tot stilstand kwam. Opnieuw waren het (al)weer de burgers die de prijs hiervoor moesten betalen. De Libische gevangeniscellen wisselden van bewoners terwijl politieke moord en martelingen onverminderd doorgingen.

Wie weet zich vandaag de dag nog het geheimzinnige gehannes met een Nederlandse marinehelikopter te herinneren? Een helikopter van H.M. Tromp moest zogezegd 2 mensen oppikken in Libië (een Lynx, type SH-14D, met registratienummer 277) die door alle politieke ontwikkelingen vast waren komen te zitten. De helikopter landde vlak bij de pier die het bedrijf Royal Haskoning in Sirte aan het bouwen was en werd daarbij door regime getrouwe soldaten onderschept. Het zou volgens de officiële Nederlandse lezing gaan om een reddingsactie van een niet met name genoemde Nederlandse ingenieur en een Zweedse dame, c.q. vrouw met een Zweeds paspoort. De ingenieur in kwestie werkte al 18 jaar bij Royal Haskoning maar was in werkelijkheid op een bijzondere missie samen met Mabel Los/Wisse Smit/Van Oranje. Zij was/waren in opdracht rond de derde week van februari 2011 naar Libië getogen om (geld & olie) transacties met al-Gaddafi te regelen. Mabel Los stond als leidinggevende in het Open Society Institute van George Soros en via het Global Young Leaders-netwerk van het World Economic Forum in nauw contact met de prominente zoon van Muammar: Saif Gaddafi, die in Londen als haar naaste buurman in hetzelfde Londense appartementencomplex woonde.

Mabel Los was samen met undercover MID agent Erik Oostwegel van Royal Haskoning, uitgevlogen om een wederzijds aanvaardbare oplossing te regelen voor de economische belangen van al-Gaddafi. Hij had in Nederland meer dan 3,5 miljard dollar aan bevroren financiële tegoeden en een aanzienlijk belang in Fortis-ABN en daar moest iets aan gedaan worden. Zo werd de activa van Gaddafi overgedragen aan Ageas, een opvolger van Fortis. De Libische nationale oliemaatschappij Tamoil had haar hoofdvestiging in Ridderkerk en runde van daaruit zo’n 160 tankstations in Nederland en Verenex Energy, de Libische olie- en gasexploitatie tak, was eveneens op diezelfde locatie gevestigd. De helikopter en haar 3-koppige bemanning werden in gijzeling gehouden en zouden aan de grond blijven totdat de transactie definitief rond was.

Erik Oostwegel en Mabel Los verlieten Libië uiteindelijk op 2 maart 2011, de helikopterbemanning volgde een week later en werd in de nacht van 10 op 11 maart door een Grieks Hercules toestel opgehaald en naar Athene gevlogen. Van daaruit gingen ze door naar de vliegbasis Eindhoven. De lynx helikopter werd een jaar later vrij gegeven en arriveerde 25 juni 2012 per schip om verschroot te worden, ze was niet meer luchtwaardig. De hele operatie is door de MIVD en AIVD naar buiten toe afgedekt en voor het klootjesvolk versimpeld gepresenteerd zoals nu te vinden op wikipedia. Mabel haar tijdelijke Twitter-stop gedurende die betreffende periode (van 24 februari t/m 2 maart 2011) had volgens haar te maken met het feit dat ze in die periode in Ethiopië beweerde te zijn. De leugen regeert….