Home » Columns » On-voorstelbaar

On-voorstelbaar

Zittend in een kring genoten ze duidelijk zichtbaar van het toneelspel die ochtend, de 28 kiddo’s van groep 8. Een hele ochtend geschiedenis, maar dan ietsiepietsie anders. Geen droge kost maar een expressieve voorstelling en ze lagen af en toe in een deuk en krom van het lachen.

Over geloven en zeker weten, niets zomaar voor waarheid aannemen maar alles controleren want voor je het weet word je om de tuin geleid. Leugen, misleiding & bedrog zijn geraffineerde oorlogswapens die altijd en eeuwig – ook NU – worden ingezet en zonder dat ze het beseft schaapt de kudde alles klakkeloos na.

We hebben het over NA-denken & Zelf-denken, over Verdieping & Verhoging, over Hoogtevrees & Dieptevrees en dat in werkelijkheid niets is of hoeft te zijn wat het lijkt of schijnt. Het is december en bijna Sinterklaas en aan dat rituele evenement verbonden symboliek passeert in een komisch verhaal de revue.

Hoe die ouwe baardmans met puntmuts op een beschimmeld paard – zeeziek van de boot gekomen uit het verre Spanje – over het dak heen & weer zwalkt en over zijn teamgenoot die megagrote geschenken moeiteloos door de nauwe schoorsteenpijp de woonkamer in drukt.

Ook de CocaCola-man met (n)arrenslee, rendieren en poolkabouters komen aan bod, net als Wodan die met beide raven op de rug van Sleipnir door de donkere nachten klippetieklopt. De Heilige uit Myra, de Paus in Rome, de Zwitserse Wachten, over licht en donker, over het wisselen van seizoenen.

Over zon en maan en de bepalende rol hiervan in groei, bloei en nieuw leven en over de rol en invloed hiervan binnen de wereldreligies. Niet alleen voor hen is nieuw dat de maan in bijvoorbeeld het joodse en islamitische geloof een heel bepalende rol speelt, ’t zijn regelrechte maanreligies.

Links achteraan bij de deur van het klaslokaal zit een nieuwkomkindje waarvan de wieg in het Afrikaanse deel van de aardbol heeft gestaan, rechts van hem zit een leeftijdgenootje met Arabische wortels. Ik zie hoe zijn Afrikaanse ogen glimmend groter worden, hij zijn hand opsteekt en – het Nederlands al aardig meester – vol verbazing en enthousiasme begint te vertellen.

In zijn thuisland, op de islamschool, had hij soortgelijks gehoord, maar dan ietsiepietsie anders. Dat alles dat hier naartoe verwees van beeltenis tot kennis dat niet in lijn was met de leer van allah kapot moest en vernietigt, zelfs mensen die niet het juiste wilde geloven.

Het Arabische ventje sprong daarop plots op en uit zijn vel en begon tot verbazing van elk een vurige en hatelijk verhaal af te steken tegen het Afrikaanse ventje. Hooguit twaalf manen oud spoot hij boos zijn gal de klas in, schreeuwde in nieuw Nederlands dat het een verkeerde voorstelling van zaken was en dat de koran verkeerd uitgelegd werd.

De overige 26 blonde krullekopjes en blanke provinciaaltjes keken verschrikt in het rond en naar de invaljuf die schouderschokkend met verbaasde blik terugkeek, daarbij een vragende blik mijn kant op stuurde. Ik wist met een paar gerichte woorden de aandacht te verleggen waardoor de rust terugkeerde en het vurige Arabiertje werd door een naastzittende klassenassistente ter afkoeling even mee de klas uitgenomen, zij bleek met zijn gedrag al bekend.

Jaren later dacht ik terug aan dit bijzondere voorval toen op 18 augustus 2015 Khaled al-Asaad vermoord werd. De 83-jarige al-Asaad was een toonaangevende Syrische archeoloog, specialist op het gebied van Neolithische kunstvoorwerpen uit het vroegere Palmyra (het huidige Syrische Tadmur), stammend uit een pre-islamitische tijd.

Om deze onschatbare voorwerpen te behoeden voor vernietiging door moslimextremisten die een Islamitische Staat voorstonden had hij ervoor gezorgd dat deze museumschatten naar veiliger oorden verscheept werden. Als vergelding en uit wraak dat zij er niet in geslaagd waren deze pre-islamitische stukken te vernietigen, werd Al-Asaad door ISIS terroristen publiekelijk onthoofd – hij ruste in vrede.