Home » Columns » Tegenstellingen & Overeenkomsten

Tegenstellingen & Overeenkomsten

Noam Chomsky, een van de invloedrijkste en meest geciteerde Joods-Amerikaanse intellectuelen van de 20e eeuw en Adolf Hitler, 19e eeuws Duits politicus en staatshoofd hebben onverwachte en opmerkelijke raakvlakken wat politieke economie betreft. In de film Requiem for the American Dream die op 18 april 2015 in première ging benoemde Chomsky tal van zaken die ook te beluisteren zijn in de rede die Adolf Hitler in 1933 hield.

Op 10 november van dat jaar hield Hitler in de montagehal van de Siemens Werke in Berlijn zijn laatste speech voorafgaand aan de Rijksdagverkiezing en het te houden referendum. In dat referendum konden de Duitsers zich uitspreken of Duitsland zich wel of niet uit de Volkenbond terug moest trekken.

De rode draad die door de documentaire loopt is dat de uiterst ongelijke verdeling van rijkdom en macht elke democratie ondermijnt. Volgens Chomsky is het een kleine kliek superrijken, het internationaal opererende kapitaal, de financiële instituten en Multinationals die de maatschappelijke en economische ongelijkheid in stand houden. Masters of mankind, zoals de Schotse moraalfilosoof en econoom Adam Smith hen al beschreef in zijn in 1776 verschenen Magnus Opus The wealth of nations. Listige kooplieden, financiers en fabrikanten die het motto “All for them selves and nothing for other people” toegedaan waren. Vrij vertaald kwam het als volgt neer op “Ik voor mezelf en God voor ons allen”, uitbuiting en verrijking ten koste van de minder bedeelden. Voor Adam Smith was duidelijk dat “Free circulation of labour is the foundation of any free trade system but workers are pritty much stock, the wealthy and privileged, they are protected”.

In Requiem for the American Dream komt Noam Chomsky net als Adams tot een gelijke conclusie. De Amerikaanse droom, werken aan een goede, financieel gezonde en veilige toekomst was door sociale economische afbraak als Out-sourcing volledig teniet gedaan. Chomsky: “Highly payed professionals are protected, … capital is free to move, workers are not free to move, labour can not move, but capital can.. “

Het was opmerkelijk genoeg inhoudelijk gelijk aan de door Hitler op 10 november 1933 gehouden speech in Berlijn:

De strijd tussen de volken, of de onderlinge haat wordt door bepaalde belanghebbenden in stand gehouden. Het is een kleine, nergens gewortelde internationale kliek die de volken tegen elkaar ophitst, die niet wil dat ze tot rust komen. Het zijn de mensen die overal en nergens thuis zijn, die nergens een plek hebben waar ze zijn opgegroeid maar die vandaag in Berlijn wonen, morgen desnoods in Brussel, overmorgen in Parijs of in Praag, of in Wenen of in Londen en zich overal thuis voelen. Het zijn de enige mensen die je werkelijk ‘internationale elementen’ (wereldburgers) kunt noemen omdat zij overal zaken kunnen doen. Maar het volk kan hen niet volgen. Het volk is geketend aan zijn grond, geketend aan zijn vaderland. Is gebonden aan de mogelijkheden tot leven die zijn staat hem biedt, de natie..”